Omega 3- en omega-6-vetzuren
Omdat het lichaam deze voedingsstoffen zelf niet kan aanmaken, moeten deze zogenoemde essentiële vetzuren opgenomen worden via de voeding: Linolzuur (omega 6-vetzuur) en alfalinolzuur (ALA, omega 3-vetzuren) behoren tot deze vetzuren. Lijnzaadolie of koolzaadolie bevatten veel ALA. Algen en vette zeevissen zoals zalm en aal bevatten ook omega 3-vetzuren, maar in de vorm van docosahexaeenzuur (DHA) en eicosapentaeenzuur (EPA). Linolzuur en alfalinolzuur dienen als uitgangsstoffen voor de synthese van meervoudig onverzadigde vetten met lange ketens zoals bijvoorbeeld arachidonzuur (AA) of DHA (zie ook LCP). Met de uitgangsstoffen kan het menselijk lichaam zelf DHA of AA aanmaken. Zuigelingen kunnen dat nog niet. Maar vooral de omega 3-vetzuren zijn belangrijk voor de ontwikkeling van de hersenen en de zenuwcellen en bijgevolg voor een gezonde groei. Om die redenen bevatten veel soorten zuigelingenvoeding vaak LCP.
Borstgevoede zuigelingen krijgen LCP via de moedermelk.